zondag 26 november 2006

Ismail Kadare - Leven, spel en dood van Florian Mazrek



Dit was mijn eersteling van Kadare. Bij mij riep het eenzelfde donkere wolk, gevoel van naderend onheil en eenzelfde angst voor de machthebbers en machtsmisbruik door diezelfde machtshebbers, die dan weer bang zijn voor de nog grotere bazen als The unbearable lightness of being. En ook in de manier waarop ´fouterikken´ het vertrouwen winnen en dat dan afstraffen. Komt ook in beide verhalen voor.

De scene van de minister op bezoek bij de Leider is daarvan een voorbeeld, maar ook die van de minister bij de vorige minister. En die van de Operativ als hij zaken verklapt die hij niet mocht verklappen. Of mocht hij dat toch wel? Want door Vjollca die rapporten van het hoertje te laten lezen, hoopt hij natuurlijk dat zij Florian eerder zal verraden. Eerst haar vertrouwen winnen zodat zij hem zaken vertelt die ze liever geheim had willen houden. Ook ik vond de 'verhouding' tussen de Operativ en Vjollca eigenlijk het interessantst. Want nergens is duidelijk wie nou de bovenhand heeft: is het Vjollca, met de belofte van seks of is het de Operativ met de belofte van informatie? Zoals het geschreven is, lijkt Vjollca zeer overtuigd van haar superieure positie, maar ikzelf heb daar zo mijn twijfels over!

Zo denkt Vjollca ook over Florian: door hem te verraden zal ze hem redden! 'Moest ze lijdelijk toezien hoe hij vertrok om weg te rotten op de bodem van de zee, met zijn gezicht aangevreden door krabben en vissen? Of moest ze besluiten hem aan te geven bij de autoriteiten, die hem voor jaren in de gevangenis zouden laten verdwijnen?
Uiteraard zou ze hebben gekozen voor het laatste: de gevangenis. (..) Als het meezat, was hij na vier jaar weer een vrij man.'

Wb het intermezzo: ik vermoed dat Kadare hier duidelijk heeft willen maken dat zelfs de meest geaccepteerde verhalen best wel ongegrond kunnen zijn. Dat lees ik trouwens ook terug: 'Zo werd Buthrotum dus door Vergilius beschreven, soms als een visioen, soms als Troje, gezien in een spiegel of in een droom.' En dat het 'in werkelijkheid' heel anders is gegaan: 'Ik ben nooit voor Achilles teruggeweken en zeker heb ik niet driemaal, voor hem vluchtend, rond de muren van Troje gerend.' Zo heeft Florian ook geen weerstand geboden aan de commandant!

En dat de wat rare manier waarop Kadare de liefdesgeschiedenis tussen Florian en Vjollca beschrijft wel wat wegheeft van een oude tragedie: gevoelens worden enorm uitvergroot, het zuchten, het smachten, het wachten. In die zin zou het een rol kunnen spelen?

Of zou dit het toneelstuk kunnen zijn wat door Florian met zoveel instemming van de commandant wordt ingestudeerd dat hij Florian 'inhuurt' voor zijn lugubere klusje? Florian is immers Hektor en moet dus rondgesjouwd worden en zijn lijk getoond aan het volk!


V

E

R

K

L

A

P

P

E

R

Over de moordenaar van Florian: natuurlijk is het de commandant: Florian reageert namelijk niet alleen verheugd op de aanspreektitel 'artiest' maar de wonden zijn precies gelijk aan diegenen die tijdens de maskerade waren aangebracht.

Al met al vond ik het een goed boek.

Geen opmerkingen: