donderdag 9 mei 2002

Margriet de Moor - Kreutzersonate



Ik vond het een mooi boek. Er zijn vier fases in de relatie tussen Suzanna Flier en Marius van Vlooten te herkennen: voordat het wat werd (Marius' zelfmoordpoging), toen het wat werd (Bordeaux), hun huwelijksjaren en na de scheiding (?).

Wat me het meest opviel aan het boek waren de stukken over de tweede, derde en vierde fase in hun relatie. Het eerste deel trok me niet zo. Dat verhaal over de 1e vriendin van Marius, haar 'verraad' en zijn zelfmoordpoging. Ach ja, ik dacht toen: dit boek is het niet voor mij.

Maar toen begon het eigenlijk pas echt. Over de tweede fase: 'Maar één ding staast voor mij achteraf vast: de twintig minuten gedurende welke Marius van Vlooten het liefdesmotief opnieuw, maar met eigen, heel moeilijk te sturen krachten, in zijn leven toeliet, zijn de twintig minuten geweest waarin het Schulhoff Kwartet een Kreutzersonate speelde waar de stukken vanaf zijn gevlogen.'

Wat ik hier ook heel mooi beschreven vond was dat de ik-persoon aan Marius beschrijft hoe Suzanna eruit ziet en dat hij (Marius) telkens maar moet denken aan een schilderij dat hij ooit in Berlijn zag (ik kan me nu niet zo goed meer herinneren of ze datzelfde doek later ook nog samen zien hangen in dat museum met die fontein). Dat hij later beschrijft dat beelden vervagen (ook dat van Suzanna), omdat hij dat niet kan 'verversen'.

Over de derde fase:
V

E

R

K

L

A

P

P

E

R

De subtiele manier waarop ze elkaar pesten: zij door meubels net even IEts te verplaatsen, hij door haar opgesloten te laten in (was het het stookhok?). Prachtig beschreven. Dat dat uitmondt in een moordpoging zie je van veraf aankomen, maar vond ik in ieder geval wel heel spannend: nadat ze in het tweede deel al bijna te pletter gevallen was, zou dit een mooi 'ronde' verhaallijn zijn geweest. Heel mooi vond ik hier ook de passage die begint op p. 91, als hij verduisteringsgordijnen heeft laten ophangen omdat zij 'gezegd had dat ze 's nachts eigenlijk alleen echt lekker, echt diep kon slapen in het pikkedonker'. HIJ merkt het verschil natuurlijk niet, zij is totaal onthand als ze de kamer binnenkomt: 'dat zij op dit ogenblik op de intiemste plek van haar woning als een beschonkene stond te wankelen en tegen de meubels opbotste.'

Over de vierde fase ben ik in verwarring: de ik-persoon leest jaren later haar overlijdensadvertentie. En komt door de namen die daaronder staan tot de conclusie dat Marius en Suzanna weer samen zijn gekomen na de poging tot moord en zelfs, zo fantaseert hij, nog een tweeling hebben gekregen. Die conclusie deel ik niet 123. Voor mijn gevoel (en nu slaat mijn fantasie lekker op hol :-) ) had er ook iets kunnen zijn als: ex-man en zoontje staan eronder en daarnaast haar nieuwe liefde (lesbisch) en hun dochter? Of... nou ja, vul maar in. Ik kan me niet zo goed voorstellen dat ze weer samen zouden zijn gekomen. Namen eronder zeggen niets over de relatie die ze met hen zou kunnen hebben gehad. Ik vroeg me ook af hoe ze aan haar einde was gekomen: toch door een val? Enz. enz. Voldoende open eindjes om lekker over door te kunnen denken.

Eigenaardig dat de naam van de ik-persoon nooit genoemd wordt. Aan de andere kant maakt dat voor het verhaal niets uit, dus waarom een naam verzinnen die er niet toe doet?

Geen opmerkingen: