dinsdag 19 augustus 2008

Pascal Mercier - Nachttrein naar Lissabon



Een roman waar ik na het lezen met gemengde gevoelens op terugkijk.

Het verhaal
Door een onverwachte ontmoeting met een hem onbekende Portugese vrouw krijgt de Zwitserse Bernse leraar klassieke talen Raimund Gregorius het onbedwingbare verlangen om zijn zeer geregelde leven te verlaten. Hij loopt zo maar weg uit de klas, middenin een les. Hij komt bij een antiquariaat een boek tegen waarin een Portugese arts, Amadeu de Prado, zijn gedachten heeft opgeschreven. Die gedachten zijn een poging van Prado om zichzelf te leren kennen want: als ik mezelf niet eens ken, hoe kan ik dan ooit een ander kennen? Gregorius wordt zo door het boek gegrepen dat hij in de nachttrein naar Lissabon springt om deze Amadeu de Prado te gaan zoeken. Die blijkt al meer dan dertig jaar dood te zijn. Wel vindt Gregorius allerlei mensen die Prado gekend hebben. Uit hun verhalen en de geschriften die zij nog in hun bezit hebben krijgt Gregorius een beeld van Prado.

Prado is een vreemd man. Een briljante leerling, door zijn leerkrachten bewonderd en gevreesd, met een zieke strenge rechter als vader die hem graag arts ziet worden en een moeder aan wiens verwachtingen hij sowieso nooit zal kunnen voldoen. Een zuster die hem ziekelijk adoreert, en een heel bijzondere vriend. Als hij een 'beul' van Salazar het leven redt en daardoor het respect van zijn patiënten verliest, wil hij er alles aan doen om deze 'daad' recht te zetten. Daarmee verliest hij zijn beste vriend en zijn gezondheid.

Al al die schrijfsels en die ontmoetingen hebben ook enorme impact op Gregorius zelf. Zozeer zelfs dat die bang is zichzelf te gaan verliezen. Hij slaapt anders, droomt anders, doet dingen die hij nooit eerder deed, gaat kleren dragen die hij nooit eerder droeg, kan zich ineens bepaalde woorden niet meer herinneren, krijgt duizelingen. Of wordt die impact veroorzaakt doordat hij een andere bril gaat dragen in Lissabon? En niet alleen een ander montuurtje, maar een geheel andere bril.

De dubbele gevoelens nu. Ik werd bijzonder gegrepen door de gedachten van Prado. Maar de man Gregorius vond ik niet zo'n interessante figuur. Terwijl eigenlijk zijn ontwikkeling centraal staat. De ontwikkeling die hij doormaakt door de geschriften van Prado, door de gesprekken, door het leven in een vreemde stad, door zijn nieuwe bril. Voor Gregorius voelde ik vooral een vaag soort ergernis. Niet genoeg om te stoppen met lezen, maar wel genoeg om zo'n continu gevoel van een tikkie wrijving te ervaren.

Het einde vond ik verrassend. Gelukkig dat de schrijver niet de fout maakt uitgebreid te beschrijven hoe het Gregorius verder zal vergaan. Jammer alleen dat die onbekende Portugese vrouw die toch alles in gang zet aan het begin van het boek niet nog eens haar opwachting maakt.

Nog enkele citaten:
----------------------------
Je had mensen die lazen en je had de anderen. Of iemand een lezer was of een niet-lezer - dat merkte je snel. Er bestond tussen mensen geen groter verschil dan dat.
----------------------------
En plotseling, met een schrik die ik zelfs in mijn lichaam voelde, besefte ik: zo is het altijd. Tegen een ander iets zeggen: hoe kun je verwachten dat dat iets bewerkstelligt? De stroom van gedachten, beelden en gevoelens die voortdurend door ons heen gaat, die sterke stroom heeft zo'n geweldige kracht dat het een wonder zou zijn als hij niet alle woorden die iemand anders tegen ons spreekt met zich mee zou sleuren en aan de vergetelheid prijs zou geven als ze niet toevallig, heel toevallig, bij de eigen woorden passen.
----------------------------
Wat weten we van iemand als we niets over de beelden weten die zijn inbeeldingsvermogen hem toespeelt?
----------------------------
Als de anderen ons aanleiding geven ons aan hen te ergeren (...) dan oefenen ze macht over ons uit, ze zitten ons dwars en knagen aan onze ziel, want ergernis is als een gloeiend gif dat alle zachte, nobele en evenwichtige gevoelens vernietigt en ons van onze slaap berooft.
----------------------------

1 opmerking:

Daniel Struyf zei

Met de Opwindvogelkronieken van Murakami ben je wel even zoet ;-) Meesterlijk boek, overigens.