zondag 21 december 2008

Ian McEwan - On Chesil Beach



Begin jaren '60 van de vorige eeuw. Florence en Edward zullen hun huwelijksnacht doorbrengen in een hotel. In de loop van het boek wordt aan de hand van terugblikken naar hun jeugd en de begintijd van hun relatie duidelijk waarom dit voor beiden spannend is.

De taal die McEwan gebruikt is weer bijzonder mooi. Hij gebruikt hetzelfde soort sfeerbeelden die in Atonement en Enduring Love een gevoel van naderend onheil oproepen. Je weet: het zal niet goed aflopen met dit jonge paar. Vraag is alleen: hoe?

In het begin had ik dus hoge verwachtingen, maar helaas bleef het verhaal me niet boeien. Ik voelde me met geen van beide personages verbonden, waardoor de spanning die McEwan aan eht begin opriep bij mij al snel inzakte. Ik las On Chesil Beach wel uit, maar met een gevoel van 'wie weet wordt het nog wat'. En dat werd het niet. Jammer.

maandag 8 december 2008

Marlene van Niekerk - Agaat



Hemeltjelief, wat een boek! Niet alleen bijzonder goed geschreven, maar ook wonderlijk goed geconstrueerd, en een meeslepend verhaal over interessante personen in een interessante omgeving in een interessant tijdperk. Need I say more?

Ok, more dus.

Het verhaal speelt zich af in de tweede helft van de vorige eeuw, in Zuid-Afrika. Of beter gezegd, het speelt zich af in een paar dagen eind 1996, als de hoofdpersoon, de witte Milla, op sterven ligt. Ze raakt langzamerhand steeds verder verlamd en kan vanaf het begin van het boek alleen nog maar door met haar ogen te knipperen communiceren met de buitenwereld. Ze wordt verpleegd door haar trouwe huishoudster, de zwarte Agaat. Milla wil dolgraag nog eens de kaarten zien van de 'plaas' (boerderij) waar ze woont, maar op de een of andere manier lijkt Agaat haar niet te begrijpen. Of misschien niet te willen begrijpen?

Agaat leest aan het sterfbed de dagboeken van Milla voor, beginnend in 1960 toen Milla na jaren huwelijk eindelijk zwanger was van haar eerste kind en Agaat voor het kind kwam zorgen. Al snel blijkt de lichamelijk licht gehandicapte Agaat niet alleen een moeder voor de baby te zijn maar ook het huishouden en daarna het runnen van de plaas van Milla en haar man Jak al snel in de vingers te hebben.

In het laatste deel van het boek komen ook de dagboekpassages vanaf 1953 aan bod, waardoor de bevreemdende verhouding tussen Milla en Agaat meer diepgang krijgt, en steeds beter te begrijpen is.

Naast de dagboekpassages en de 'aftakeling van Milla-scenes', komen er ook delen in het boek voor die in de je-vorm zijn geschreven. Die delen beschrijven hoe Milla Jak ontmoet, hoe ze trouwen, hoe vreselijk hij haar mishandelt en hoe ze desondanks probeert om er maar het beste van te maken. Tot slot zijn er korte cursieve stukjes opgenomen. Gedachten van Milla? Van Agaat? Van beiden? Dat kon ik niet doorgronden.

En door dit alles heen spelen natuurlijk de apartheid, de toenemende politieke isolatie van Zuid-Afrika in de jaren '60-'85 en vooral ook de veranderingen in de verhoudingen tussen wit en zwart (en arm en rijk) in de tweede helft van de vorige eeuw.

Geweldig boek!

JK Rowling - The Tales of Beedle the Bard



Vrijdag uitgekomen en dus had deze hardcore HP-fan het diezelfde dag nog in huis: de nieuwste JK Rowling - The Tales of Beedle the Bard. Een schattig boekje om te zien, op de een of andere manier deed het me een beetje denken aan de boekjes van Beatrix Potter (en niet alleen door de achternaam ;-) )

In The Tales of Beedle the Bard zijn vijf sprookjes opgetekend voor heksen en tovenaars, vertaald vanuit de oude runen door een oude bekende uit de Harry-Potter serie, Hermione Granger (Hermelien Griffel), en voorzien van commentaar door een andere oude bekende, Albus Dumbledore (Albus Perkamentus). En als kers op de pudding voor ons Muggles (Dreuzels) af en toe in voetnoten extra toegelicht door JK Rowling herself. De eerste vier sprookjes vormen de opmaat voor nummer 5: het sprookje over de drie broers, dat zo'n grote rol speelt in het zevende deel van de HP-serie.

Een leuk leesuurtje, maar meer ook niet. De sprookjes zijn zo kort opgeschreven dat je ze in een adem zou kunnen voorlezen. Iemand met het verteltalent van JK Rowling had hier echt veel en veel meer van kunnen maken. Bovendien kwam het feit dat het Hermione is die de sprookjes vertaald heeft verder ook niet terug, ook hier had de auteur meer mee kunnen doen. Alleen over de commentaren van Dumbledore hoor je me niet: die kloppen perfect met de tovenaar die we kennen uit de HP-boeken.

Wat ik niet moet vergeten te noemen zijn de tekeningen. Die zijn van de hand van de auteur: wat een veelzijdig mens, die JKR!

zondag 16 november 2008

Bart Moeyaert en het Nederlands Blazers Ensemble - De schepping



"In het begin was er niets. Het is moeilijk om je dat voor te stellen. Je moet alles wat er nu is nog niet laten zijn. Je moet het licht uitdoen, en er zelf niet zijn, en dan ook nog eens al het donker vergeten, want in het begin was er niets, ook het donker niet. Als je het begin van alles wil zien moet je erg veel weglaten."

Zo begint De schepping van Bart Moeyaert. Hij leest het zelf voor, op deze CD waarbij zijn verhaal omlijst wordt door het Nederlands Blazers Ensemble die Die Schöpfung van Franz Joseph Haydn speelt.

Ik weet niet zeker meer wie me op Bart Moeyaert attendeerde, ik geloof dat hij het was... Bedankt! Want de droge stem van Moeyaert, die op zijn geheel onnavolgbare manier het scheppingsverhaal vertelt, alsof hij erbij was toen God dat deed, sterker, alsof hij daar een stevige vinger bij in de pap heeft gehad is heerlijk om naar te luisteren. En dat dan ook nog eens begeleid door de scheppingsmuziek van Haydn: ik heb genoten van dit luisteruurtje.

zaterdag 15 november 2008

Frank Westerman - De graanrepubliek



De laatste week van oktober zat ik voor mijn opleiding een week op het Groninger platteland en dus zocht ik uit mijn boekenkastje met nog te lezen boeken wat toepasselijks uit: De graanrepubliek van Frank Westerman.

In dit journalistieke verslag van de ontwikkelingen van de Groningse landbouw. De opkomst, eind 19e eeuw van de rijke herenboeren op de vruchtbare zeeklei, en daartegenover de sterke positie die de communisten hadden in deze streek, de enorme productieverhogingen van de laatste 50 jaar, dit alles vertelt hij aan de hand van de geschiedenis van een aantal personen. De eminentste onder hen is natuurlijk Sicco Mansholt, boer van origine, minister van Landbouw direct na WO II en Eurocommissaris voor Landbouw eind jaren '50 tot in de jaren '70, maar ook de gewone man/vrouw laat Westerman aan het woord.

Op zich best een aardig boek om te lezen, maar de mengeling van verhalende en journalistieke schrijfstijl vond ik niet altijd even prettig, en soms ronduit verwarrend: regelmatig vroeg ik me af of dat wat ik las de geromantiseerde versie, ontsproten aan het brein van Westerman was, of het het relaas van een van de geïnterviewden.

Bovendien neemt Westerman mij te stevig stelling tegen het verlaten van de bescherming van de landbouw en de natuurontwikkeling die daarvoor in de plaats is gekomen, de afgelopen 20 jaar. De nuance die hij eerder in het boek toont, als hij het over de in eerste instantie zegenrijke maar later desastreuze landbouwpolitiek van Mansholt heeft, zet hij in het laatste deel van het boek overboord. Zonde.

maandag 10 november 2008

Arthur Japin - De overgave



Ik kan merken dat ik niet veel auto gereden heb de laatste tijd want ik heb wel een maand lang mogen genieten van Arthur Japin die De overgave voorleest. En wat een genotvol maandje was het. Die man kan schrijven! Die man kan voorlezen!

Het verhaal speelt zich af in de tweede helft van de 19e eeuw, in het Texas dat stukje bij beetje op de Indianen veroverd wordt. Die zich daar met hand en tand tegen verzetten. Het wordt grotendeels verteld vanuit het perspectief van de stokoude Granny Parker. Zij krijgt bezoek van de leider van de Comanches, Kuana (ik weet niet of ik dit goed schrijf, dat is het probleem met luisterboeken, je hoort de namen alleen!). Kuana is op weg om zich met het laatste restje van zijn stam over te geven aan het Amerikaanse leger.

Dit bezoek doet herinneringen van veertig jaar eerder omhoogkomen, toen Granny met haar man en (klein)kinderen op een vreselijke manier door de Comanches overvallen wordt. Slechts een handvol overleven deze overval - zij het ternauwernood - terwijl een aantal van haar (klein)kinderen door de Indianen meegenomen worden. De jaren na deze bloedige overval staan voor Granny in het teken van het zoeken van haar (klein)kinderen. Maar degenen die ze terugvindt, kunnen de draad van hun oude leventje niet (zomaar) oppakken.

In het nawoord vertelt Japin dat hij zich ervan bewust is dat hij de hele historie uit het perspectief van de kolonisten verhaalt. En dat er natuurlijk meerdere perspectieven te kiezen zijn. Dat is nobel van Japin, maar het maakte voor mij niets uit, want hij verheerlijkt het door hem gekozen perspectief absoluut niet en dat maakt dat er voor mij voldoende balans zit, dat er voldoende openingen geboden worden om de zaak van de andere kant te bekijken.

zondag 2 november 2008

Haruki Murakami - De opwindvogelkronieken


Hoe moet ik in hemelsnaam deze hele dikke roman (bijna 900 pagina's) bespreken? Er gebeurt zo onwaarschijnlijk veel in, in verschillende verhaallijnen, die op zo'n mooie manier bij elkaar komen, dat je er eigenlijk alleen van maar in sprakeloze bewondering achter kunt blijven. Maar ja, als ik dat zou doen, zou ik niets over kunnen brengen van die bewondering. Daarom hier toch een poging...

Het verhaal:
De 30-jarige ik-persoon (Toru Okada) en zijn vrouw Kumiko raken aan het begin van het boek hun kat kwijt. Een voorval van niks natuurlijk, maar het is de start van een reeks gebeurtenissen die elkaar steeds overtreffen in vreemdheid. Zo raakt na de kat ook Kumiko zoek, of althans, die lijkt er zelf vandoor te zijn gaan. Daarbij speelt haar broer, de wetenschapper/politicus Noboru Wataya een kennelijk belangrijke maar wat schimmige rol.

Toru ontmoet na de verdwijning van Kumiko bijzondere mensen: de spijbelaarster May Kasahara, die hem Opwindvogel noemt, naar het geluid dat de diverse hoofdrolspelers in het boek steeds horen. Over deze vogel heeft Toru een mooie hypothese: deze zorgt ervoor dat de aarde blijft draaien. Ook maakt hij kennis met de zussen Kreta en Malta Kano, die paranormale gaven bezitten en die voor Toru inzetten om zijn kat terug te vinden. En later ontmoet hij de moeder Nootmuskaat en zoon Kaneel, die hem het laatste deel van zijn zoektocht naar Kumiko bijstaan.

Die zoektocht verloopt steeds bizarder, met allerlei bovennatuurijke gebeurtenissen waarbij een put vlakbij het huis van Toru en Kumiko een hoofdrol speelt. Ondanks de rarigheid van die zoektocht is het niet moeilijk is om met Toru mee te leven, zo goed weet Murakami het te beschrijven.

Naast de verhalen van Toru lees je over de veldslag begin jaren '40 in Mantsjoerije waarbij een stukje door de Japanners bezet gebied op de grens van China en Rusland door de Russen veroverd wordt. De aanloop daarnaartoe levert een prachtig verhaal op van een dierentuin-dierenarts die de wilde dieren in de zoo moet ombrengen om het gevaar op uitbraak te verkleinen. En een verhaal over een Japanse soldaat die in Russische handen valt en daar allerlei gruwelen moet doorstaan voor hij weer Japanse grond onder de voeten voelt. Later begrijp je welke link deze verhalen met dat van Toru hebben.

Oorspronkelijk heeft Murakami de drie delen van de Opwindvogelkronieken los van elkaar uitgegeven: deel 1 als feuilleton, deel 2 als boekje en deel 3 een paar jaar later, toen hij het gevoel had dat na deel 2 de roman nog niet voltooid was. In een nawoord verklaart hij waarom en schrijft hij dat hij de overgang van deel 2 naar deel 3 wat stroefjes vindt. Ik moet eerlijk bekennen dat ik daar absoluut geen last van heb gehad.

zondag 12 oktober 2008

Kinderboekenweek 2008



Dit jaar helaas geen voortzetting van de kinderboekenweektraditie. Niet alleen vanwege haar lopende serie chemo's maar ook omdat kind 5 naar de tandarts moest. En dus werden er geen poffertjes gegeten (het Vredenburg is ook nog steeds dicht, dus daar geen groot gemis) en werd de opening van het kinderboekenfeest ook gemist. Maar gelukkig konden Elsje en de kinderen nog wel een staartje van het feest meepikken. En vooral een flinke stapel boeken aanschaffen.

Kind een en twee kozen gezamenlijk De vijf geheimen van Marike van Lydia Rood, en een boek van Mirjam Oldenhave (dat zo snel naar boven verdween dat ik de titel niet eens goed in me op heb kunnen nemen!), beiden gesigneerd door de auteurs.
Kind drie, helemaal into de Boze Heks-verhalen van Hanna Kraan, rende even snel naar de kinderboekenwinkel aan de overkant van de straat om daar dat ene deel dat hij nog niet had te kopen en liet vervolgens zijn aanwinst door Annemarie van Haeringen (illustrator van de Boze Heks) tekenen.
Kind vier vond niets van zijn gading op het feest maar gelukkig was er in de kinderboekenwinkel een boek waardoor hij zielsgelukkig de deur uitliep: Leon de slalomkampioen (een voetbalboek) van Joachim Masannek.
De jongste zocht een gedichtenbundel uit: "Kwam dat zien, kwam dat zien!" en liet die signeren door Ted van Lieshout. Ook vulde ze vol enthousiasme de kinderboekenweekquiz in. Waarmee ze later nog een prijs gewonnen bleek te hebben (een flinke boekenbon die werd ingeruild voor een nog ontbrekend deel van de eerste Deltora-serie van Emily Rodda en deel 2 van de Torak en Wolf-serie van Michelle Paver).

En als kers op de taart was ikzelf brutaal genoeg om Ted van Lieshout te vragen of ik een foto mocht maken van zijn 'broche'. Dat was zo'n balkje met van die 'lopende tekst'. De tekst was de titel van zijn nieuwste boekje: "Twee ons liefde" En dat mocht!

zondag 28 september 2008

Hella Haasse - Het tuinhuis



Zeven verhalen, die beurtelings door Hella Haasse zelf en door Willem Nijholt worden voorgelezen.

In het eerste verhaal, het titelverhaal, beschrijft ze de lastige verhouding tussen een volwassen dochter en haar excentrieke moeder, die in het tuinhuis woont van het huis waar de dochter opgegroeid is en waaraan die slechte maar zeer vage herinneringen heeft.
Het tweede verhaal, Een perkara, beschrijft een schandaal waarover Haasse hoorde in haar jeugd in Nederlands-Indië. Ze doet dit vanuit het perspectief van een jongen die de vriendin van zijn vader uit diens Indische tijd, voor hij in het kamp verdween, in de Haagse schouwburg tegenkomt.
In het derde, Het portret, worden twee volwassen zussen en hun broer geconfronteerd met een portret dat de verpleegster van hun onlangs gestorven vader aan hen geeft. Wie staan er in hemelsnaam op dat portret?
Genus loci, het vierde verhaal, was het verhaal dat mij het minste boeide. Het beschrijft de bovennatuurlijke ervaringen die een vrouw op haar landgoed in Frankrijk heeft en die, na onderzoek, te maken moeten hebben met de leprozenkolonie die in lang vervlogen tijden op deze plek moet zijn geweest. Een mooi gegeven, maar niet mijn soort verhaal, het was me allemaal iets te gezocht.
De Lidah boeaja vond ik dan weer prachtig. Een Japanse in Batavia wordt begluurd door haar nieuwsgierige buurvrouwen. Luidkeels verwonderen zij zich erover dat de Japanse zich toch zo laat behandelen door haar man! Maar zij weten niet wat de Japanse wel weet...
In Een Korè verbindt Haasse het verhaal van Persephone aan het lot van een Nederlandse toeriste en haar man, classicus en amateur-archeoloog, in Griekenland.
Het laatste verhaal, Een kruik in Arelate, speelt zich af in het pas door de Romeinen gestichte Arles en toont op ontroerende wijze de kloof tussen de oorspronkelijke bewoners en de Romeinen.

Conclusie: zeven verhalen, waarvan er zes mij zeer aanstonden en één niet. Bij elk van de zeven verhalen geeft Haasse als toetje toe een soort verklaring: hoe is ze op dit verhaal gekomen? Van deze verhalenreeks roep ik daarom van harte uit: luister!

Marga Minco - De zon is maar een zeepbel



Gisteren gewandeld met mijn vriendinnen en daar zomaar langs de route dit boekje gevonden. Oke, ik moet toegeven, het was wel een georchestreerde vondst, want Gnoe liet het boekje geheel volgens afspraak voor mijn neus los zodat ik het eveneens geheel volgens afspraak o zo toevallig ende spontaan kon vinden.



Een heel dun boekje met twaalf droomverslagen. Wat mij opvalt is dat Minco net zo raar en onsamenhangend droomt als ikzelf. Ik heb er dus van genoten. Maar ik kan me evengoed voorstellen dat mensen die niets met dromen hebben dit niks zullen vinden.

maandag 22 september 2008

Jeremy Paxman - The English



Paxman onuitgelezen doorgegeven aan een van mijn boekvriendinnen. Mij kan hij niet boeien met zijn zoektocht naar wat de Engelsen nou zo typisch Engels maakt. Niet dat het slecht is hoor, dat dan ook weer niet. Maar Paxman heeft teveel, veel teveel woorden nodig. Teveel voorbeelden ook. Ina vroeg me of ik het een voorbeeld vond van een 'omgevallen boekenkast'. Nee, zei ik, meer een gevalletje van een 'omgevallen woordenboek'.

zondag 31 augustus 2008

Jan Wolkers en Godfried Bomans - Alleen op een eiland



Anders attendeerde me erop door een klein fragmentje op te nemen op zijn blog: een serie luisterCDs met daarop de uitzendingen uit 1971 van het radio-programma "Alleen op een eiland". In dit radioprogramma deed eerst Godfried Bomans en daarna Jan Wolkers verslag van de ervaringen terwijl ze elk een week moederziel alleen op Rottumerplaat doorbrachten. Waarbij Bomans het zwaar, heel zwaar had en Wolkers genoot. De uitzendingen werden gepresenteerd door Willem Ruis.

Het leuke van de CDs is dat niet alleen de radio-uitzendingen erop staan, maar ook de gesprekken vooraf en nadien, en de 'veiligheidscalls' die verder gemaakt werden om te controleren of Godfried of Jan nog leefden.

De uitzendingen zijn schitterend. Bomans die probeert om opgewekt te klinken terwijl hij zich zwaar klote voelt en Wolkers die zich op het eiland vreselijk opwindt over de politiek en dan buiten de uitzending op de vingers getikt wordt door Ruis ("we zitten in AVRO-zendtijd, Jan, geen polletiek alsjeblieft").

Ook mooi is dat de laatdunkende houding die Wolkers openlijk tentoonspreidt voor Bomans in de allerlaatste uitzending door de Heer uit Haarlem beantwoord wordt met een venijnige verbazing over de natuurmens Wolkers.

"Wel raar," bedacht ik me vlak voor het eind "ik zit hier naar drie dode mannen te luisteren..."

Mark Mieras - Ben ik dat?



Vandaag las ik "Ben ik dat?" van Mark Mieras uit. Deze wetenschapsjournalist schreef een boek over de hersenen, met als ondertitel "Wat hersenononderzoek vertelt over onszelf".

In vier delen beschrijft Mieras de werking van de hersenen. Deze delen gaan over het waarnemen van onze omgeving, over onze emoties en gevoelens, over de ontwikkeling van ons brein en tot slot over onze identiteit/ons zelfbewustzijn. Elk van deze delen bestaat weer uit een aantal korte hoofdstukken, bijna artikelen, over verschillende aspecten van dat onderwerp.

Mieras heeft zich duidelijk breed ingelezen in de recente wetenschappelijke literatuur over hersenonderzoek. Het geheel geeft daarom goed inzicht in de stand van zaken van hersenonderzoek. En Mieras weet het nog zo te vertellen dat ik het als hersenleek prima kan volgen. Sterker, hij schrijft zo boeiend dat ik denk dat het ook voor de niet-biologen onder ons superinteressant is.

Dit is dus een geweldig boek. Ik ga het iedereen onder de neus duwen: "Lees of ik schiet!"

dinsdag 19 augustus 2008

Pascal Mercier - Nachttrein naar Lissabon



Een roman waar ik na het lezen met gemengde gevoelens op terugkijk.

Het verhaal
Door een onverwachte ontmoeting met een hem onbekende Portugese vrouw krijgt de Zwitserse Bernse leraar klassieke talen Raimund Gregorius het onbedwingbare verlangen om zijn zeer geregelde leven te verlaten. Hij loopt zo maar weg uit de klas, middenin een les. Hij komt bij een antiquariaat een boek tegen waarin een Portugese arts, Amadeu de Prado, zijn gedachten heeft opgeschreven. Die gedachten zijn een poging van Prado om zichzelf te leren kennen want: als ik mezelf niet eens ken, hoe kan ik dan ooit een ander kennen? Gregorius wordt zo door het boek gegrepen dat hij in de nachttrein naar Lissabon springt om deze Amadeu de Prado te gaan zoeken. Die blijkt al meer dan dertig jaar dood te zijn. Wel vindt Gregorius allerlei mensen die Prado gekend hebben. Uit hun verhalen en de geschriften die zij nog in hun bezit hebben krijgt Gregorius een beeld van Prado.

Prado is een vreemd man. Een briljante leerling, door zijn leerkrachten bewonderd en gevreesd, met een zieke strenge rechter als vader die hem graag arts ziet worden en een moeder aan wiens verwachtingen hij sowieso nooit zal kunnen voldoen. Een zuster die hem ziekelijk adoreert, en een heel bijzondere vriend. Als hij een 'beul' van Salazar het leven redt en daardoor het respect van zijn patiënten verliest, wil hij er alles aan doen om deze 'daad' recht te zetten. Daarmee verliest hij zijn beste vriend en zijn gezondheid.

Al al die schrijfsels en die ontmoetingen hebben ook enorme impact op Gregorius zelf. Zozeer zelfs dat die bang is zichzelf te gaan verliezen. Hij slaapt anders, droomt anders, doet dingen die hij nooit eerder deed, gaat kleren dragen die hij nooit eerder droeg, kan zich ineens bepaalde woorden niet meer herinneren, krijgt duizelingen. Of wordt die impact veroorzaakt doordat hij een andere bril gaat dragen in Lissabon? En niet alleen een ander montuurtje, maar een geheel andere bril.

De dubbele gevoelens nu. Ik werd bijzonder gegrepen door de gedachten van Prado. Maar de man Gregorius vond ik niet zo'n interessante figuur. Terwijl eigenlijk zijn ontwikkeling centraal staat. De ontwikkeling die hij doormaakt door de geschriften van Prado, door de gesprekken, door het leven in een vreemde stad, door zijn nieuwe bril. Voor Gregorius voelde ik vooral een vaag soort ergernis. Niet genoeg om te stoppen met lezen, maar wel genoeg om zo'n continu gevoel van een tikkie wrijving te ervaren.

Het einde vond ik verrassend. Gelukkig dat de schrijver niet de fout maakt uitgebreid te beschrijven hoe het Gregorius verder zal vergaan. Jammer alleen dat die onbekende Portugese vrouw die toch alles in gang zet aan het begin van het boek niet nog eens haar opwachting maakt.

Nog enkele citaten:
----------------------------
Je had mensen die lazen en je had de anderen. Of iemand een lezer was of een niet-lezer - dat merkte je snel. Er bestond tussen mensen geen groter verschil dan dat.
----------------------------
En plotseling, met een schrik die ik zelfs in mijn lichaam voelde, besefte ik: zo is het altijd. Tegen een ander iets zeggen: hoe kun je verwachten dat dat iets bewerkstelligt? De stroom van gedachten, beelden en gevoelens die voortdurend door ons heen gaat, die sterke stroom heeft zo'n geweldige kracht dat het een wonder zou zijn als hij niet alle woorden die iemand anders tegen ons spreekt met zich mee zou sleuren en aan de vergetelheid prijs zou geven als ze niet toevallig, heel toevallig, bij de eigen woorden passen.
----------------------------
Wat weten we van iemand als we niets over de beelden weten die zijn inbeeldingsvermogen hem toespeelt?
----------------------------
Als de anderen ons aanleiding geven ons aan hen te ergeren (...) dan oefenen ze macht over ons uit, ze zitten ons dwars en knagen aan onze ziel, want ergernis is als een gloeiend gif dat alle zachte, nobele en evenwichtige gevoelens vernietigt en ons van onze slaap berooft.
----------------------------

zondag 3 augustus 2008

Juan Gabriel Vásquez - De informanten



Ik kreeg De informanten van uitgeverij Signatuur om te recenseren. Een roman van de Colombiaan Juan Gabriel Vásquez, met als aanbeveling op de blurb dat het een soort Philip Roth moet zijn. De vertaling is van Brigitte Coopmans.

Het verhaal
De Colombiaanse schrijver Gabriel Santoro [een alter ego van Vásquez?] is gebrouilleerd met zijn vader. Dat komt doordat hij een boek geschreven heeft over het leven van een goede vriendin van zijn vader, de vlak voor WOII uit Duitsland naar Colombia gevluchtte Sara Guterman. De vader van Gabriel, die trouwens ook Gabriel Santoro heet, veroordeelt het boek in de meest harde termen. In het openbaar ook nog. Waarom hij dat doet is onduidelijk. Daar doet hij geheimzinnig over.
Als Santoro sr. een zware hartoperatie moet ondergaan wil hij de onenigheid met zijn zoon uit de weg ruimen voor het geval hij tijdens de operatie komt te overlijden.
Maar hij haalt het en begint een nieuw leven, krijgt een veel jongere vriendin (de masseuse die hem begeleidt bij zijn revalidatie) en neemt zich met haar een leuk tripje voor voor rond de Kerst. Tijdens dat tripje komt hij evenwel te overlijden als gevolg van een verkeersongeval.
De vriendin van sr. vindt dat hij haar schandalig in de steek heeft gelaten en neemt wraak door het geheim van de vader op tv uit de doeken te doen: hij blijkt in WOII als informant te hebben gefungeerd voor de Amerikanen. Hierdoor is de vader van een vriend van hem en Sara op een zwarte lijst geplaatst, als 'heulend met Nazi-Duitsland'. De vader van de vriend was als gevolg daarvan lange tijd geïnterneerd en heeft daarna zelfmoord gepleegd. Zijn vrouw is van hem gescheiden en een geheel nieuw leven begonnen. De vriend zelf verbreekt alle banden met zijn familie en verdwijnt.
Het boek krijgt een verrassend einde als de vriend enkele jaren na het overlijden van Santoro sr. contact opneemt met Santoro jr. om zijn eigen verhaal uit de doeken te doen.

Het thema van het boek beviel me: schuld en boetedoening. Vergeven of vergeten of kan het beiden. Maar de uitwerking was niet zodanig dat het mij aansprak. Het duurde dan ook erg lang voor ik het uithad.

Ik denk dat dat kwam doordat het boek in vrij uiteenlopende stijlen geschreven is. De delen waarin over Sara gesproken wordt of over Santoro sr. zijn in bloemrijk proza gesteld met mooie verzorgde zinnen. Maar de delen over de vriendin van Santoro sr. zijn dan ineens weer in een hakkelend staccato met dito dialogen. Dat is verwarrend. Maar dient denk ik wel het doel van de desbetreffende delen.

Het belangrijkste is denk ik dat ik de sfeer van het boek erg bedrukkend vond. Het hedendaagse Colombia is net zo naargeestig als het Colombia van begin jaren '40. Eigenlijk is er niets veranderd. De angst regeert nog immer. Ik weet dat deze afkeer van de drukkendheid van het boek heel persoonlijk is. En dat andere lezers daar wellicht minder last van zullen hebben.

Enkele citaten:
"Niemand is wat hij lijkt. Niemand is ooit wat hij lijkt, zelfs de meest eenvoudige ziel heeft een ander gezicht."
------------------------------------
´Het hotel zat bijvoorbeeld vol vrouwen en Enrique was ervan overtuigd dat vrouwen zich ip de aardbodem bevonden om door hem als rijpe avocado´s te worden uitgekozen.´
------------------------------------
"Het schip van een kathedraal in aanbouw is iets huiveringwekkends."
[dit deed me denken aan de Sagrada Familia, waar ik inmiddels menig maal geweest ben]
------------------------------------
Ja, papa, verschrikkelijk, jij wist het, jij herinnerde je wat je gedaan had, wat jouw woorden hadden aangereicht. (Maar welke woorden dan, en hoe waren ze uitgesproken? Tegenover wie, in ruil waarvoor? Onder welke omstandigheden? Hoe had mijn vader de rol van informant uitgeoefend? Ik zou er nooit meer achter komen, want er waren geen getuigen van.) En nu moet je publiekelijk voor je woorden boeten.
------------------------------------
... de gevolgen die dat heeft gehad voor mij, zijn zoon, de enige persoon op de wereld die zijn fouten kon erven, maar ook zijn verlossing.
------------------------------------
... en in de stem van de nieuwslezers, in het gezicht van de buurtbewoners en de conciërge van het gebouw, zelfs in het autoverkeer op straat, voelden we de bijzondere sfeer opkomen die er in Bogotá hangt na een bomaanslag of een spraakmakende moord.
------------------------------------

donderdag 24 juli 2008

Ian Rankin - The black book



In The black book speelt Inspector John Rebus de hoofdrol. Hij wordt aan het begin van het boek door zijn vriendin het huis uitgezet, en dus slaapt hij daarna op de bank van zijn eigen flat, die hij wel aangehouden had tijdens de samenwoonperiode maar wel onderverhuurd. Het wordt daar al snel overvol, want ook de broer van John zoekt een slaapplek.
Dan wordt op een avond een van Rebus´ medewerkers in elkaar geslagen. Terwijl het onduidelijk is of hij uit de coma zal ontwaken waar hij als gevolg van het geweld in is geraakt, attendeert de vriendin van de medewerker Rebus op het notitieboekje (the black book) waarin de haar vriend aanwijzingen schreef over zaken waar hij buiten kantooruren aan werkt.
Dit boekje brengt een oude zaak opnieuw onder de aandacht. Die zaak speelt zich af in een sfeer die mij aan de Sopranos deed denken. Dus voordat de zaak opgelost is moeten heel wat mensen angstige momenten doorstaan.

In zijn genre wel aardig, maar op de een of andere manier lukt het Rankin niet om mij te laten sympatiseren met de hoofdpersoon. En dat gezeur over de relatie van Rebus verveelde me ronduit. 'Beperk je tot de misdaad en ik lees je nog eens', zou ik tegen Rankin willen zeggen.

De boeken van Rankin over DI Rebus zijn trouwens ook bewerkt voor tv.

maandag 21 juli 2008

Alan Bennett - The Uncommon Reader



Lekkere start van de vakantie, dit dunne boekje van Alan Bennett. Mij aangeraden door boekgrrl Bernique, waarvoor dank!

Het verhaal
Wat gebeurt er als de Britse koningin lezen ontdekt? Ze verliest alle interesse in regeren en wil eigenlijk alleen nog maar lezen of met de mensen die ze bij het uitoefenen van haar functie ontmoet over boeken praten.
Natuurlijk kan dat zo niet doorgaan. En dus smeedt haar hofhouding een plan om haar weer de oude te laten worden.
Of dat plan helpt zal aan het eind blijken.

In een lichte en luchtige stijl geschreven maar o-zo scherp wordt de dommigheid van de gemiddelde Engelsman op de hak genomen. Lekker!

vrijdag 11 juli 2008

Remco Campert - Het satijnen hart



O, wat een prachtig boek. En ook nog eens schitterend voorgelezen door Campert himself. Dus: lezen of luisterlezen (dat is me om het even)!!

Een hoogbejaarde en wereldberoemde schilder, van Otterlo, heeft zich zo goed als teruggetrokken uit het openbare leven. Hij wacht eigenlijk op de dood. De startscene van het boek is daarbij veelzeggend: zijn veel jongere halfzusje wast zijn billen en geslacht terwijl hij op bibberbeentjes in de badkuip staat. De dagen van van Otterlo kennen een zeer vast patroon: 's morgens schilderen en 's middags met zijn vriend en collega Jongerius jr. een borrel drinken. Langzaam de dood tegemoet.

Maar dan ziet hij de overlijdensadvertentie van zijn vroegere vriendin Cissy. Zij heeft hem op een manier verlaten die hem vreselijk verbitterd heeft gemaakt. Het bericht van haar dood brengt hem totaal uit zijn routine. Zozeer zelfs dat hij aan het einde van het boek niet meer de oude en verbitterde man is van het begin, maar een oude man die probeert een nieuwe start te maken. Of hem dat ook gaat lukken is natuurlijk de vraag, die overigens door het boek niet beantwoord wordt.

vrijdag 27 juni 2008

Marcel Möring - Modelvliegen



Het verhaal
De ik-persoon vertelt als 12-jarige over een gelukzalige periode in zijn leven. In deze periode maakt hij modelvliegtuigjes met zijn ouders, die op dat moment beiden werkeloos zijn. Zijn vader vertelt ondertussen over zijn jonge jaren, waarin hij piloot was. En over hoe hij zijn moeder ontmoette: zij was verpleegster in het ziekenhuis waar hij na een vliegtuigcrash terecht kwam.
Op een dag staat er, tot grote vreugde van zijn vader, een oude vriend op de stoep, een maatje uit de oorlog. Deze Humbert Coe is restaurantrecensent die er al snel achter komt dat de ik-persoon dol op koken is. Coe neemt hem mee naar het beste restaurant in de stad, wat een hilarische scene oplevert: het eten is namelijk niet zo best en de jongen vertelt het de kok onomwonden. En doet het kookwerk dan daarna maar zelf terwijl de chef-kok er met open mond naast staat.
Die zomer logeert de ik-persoon met zijn moeder bij zijn grootouders. Zijn grootvader is inmiddels burgemeester af, en vult zijn dagen met jagen. Prachtige scene als hij de ik-persoon bombardeert tot Directeur van het Jachtgebied rond zijn huis. De diepdemente grootmoeder helpt ook niet erg. Dan verschijnt ineens Humbert Coe. De betekenis van die verschijning wordt in het laatste hoofdstuk duidelijk.

Möring leest de novelle zelf voor. Hij heeft een prettige stem, donker, duidelijk articulerend, met veel expressie. De stem deed me een beetje denken aan die van Nicolaas Matsier, alleen dan zonder het wat horterige zinnen afbreken.

Ik vond het prachtig!

woensdag 25 juni 2008

Esther Verhoef - Rendez-vous



Het verhaal
Simone Jansen verhuist met haar man Eric en hun twee jonge kinderen om ergens in het zuiden van Frankrijk, ik vermoed net ten noorden van Bordeaux, een oud en vervallen landhuis te gaan opknappen. Ze hebben het huis nogal impulsief gekocht en zijn eigenlijk zonder plan aan de slag gegaan. De klus komt dan ook niet erg goed van de grond. Als Eric in de supermarkt de Belg Peter tegenkomt die aannemer is, is al snel besloten om hem de zeer omvangrijke verbouwing toe te vertrouwen. En zo komt Peter met een flinke ploeg werklui op de proppen. Het lijkt een godsgeschenk: de verbouwing schiet eindelijk op.

Maar al snel valt Simones oog op een van de bouwvakkers, de zeer aantrekkelijke Michel. En als Michel laat merken dat hij Simone zeer aantrekkelijk vindt laat een gepassioneerde verhouding tussen de twee niet lang op zich wachten. Als ze betrapt worden door baas Peter, blijkt die helemaal niet zo vriendelijk te zijn als hij op het eerste gezicht leek: hij bedreigt Simone en perst haar af. Welke rol Michel daarbij precies speelt blijft lang onduidelijk.

Dit luisterboek, de verkorte versie van de roman Rendez-vous van Esther Verhoef, wordt meesterlijk voorgelezen door Julika Marijn. Ik luisterde ernaar toen ik mijn ogen noodgedwongen rust moest geven. Het verhaal is zeer meeslepend verteld, dus was die ogenrust geen straf. En toch blijft er na afloop iets knagen. Het einde is wel iets te zoet van aard. Die jongen die zich zo helemaal opoffert voor de onbereikbare vrouw? Ik geloof daar niet in.

maandag 23 juni 2008

Daniel Pennac - Kamo en het buro Babel



In dit jeugdboek staan twee verhalen over Kamo. In het eerste verhaal heeft Kamo met zijn moeder een weddenschap afgesloten: als het haar lukt om drie maanden een baan te houden, zal hij in drie maanden Engels leren. Hij denkt dat hij de winst al in zijn zak heeft als zijn moeder hem triomfantelijk vertelt dat ze een baan voor langere tijd heeft gevonden. Tegelijk met dat nieuws geeft ze hem een adres van een Engels meisje, Cathy, met wie hij kan corresponderen om zo Engels te leren. Zo gezegd, zo gedaan. Maar met Cathy lijkt wel iets heel raars aan de hand...

In het tweede verhaal moet Kamo van zijn leraar elke week een opstel schrijven over de meest stompzinnige onderwerpen. Telkens als Kamo het opstel niet op tijd af heeft, moet zijn vader op school komen. Die daar dan elke keer weer zwaar ontdaan van thuis komt. Dit keer echter moet de klas schrijven over een bizar onderwerp: alsof ze zelf volwassen zijn en hun ouders kleine kinderen. Kamo dreigt ook dit opstel niet op tijd af te krijgen als hij ineens als een volwassene wakker wordt en zijn ouders kinderen blijken te zijn. Hoe moet dit verder?

Leuk boek voor de iets oudere jeugd (ik schat in begin middelbare school)

dinsdag 17 juni 2008

Alice Sebold - The lovely bones



In deze roman wordt de 14-jarige Susie op wrede manier ontvoerd, verkracht en vermoord. Het is bijna een whodunnit, ware het niet dat je op de eerste bladzijde al weet wie het gedaan heeft. Dat komt doordat de roman is geschreven vanuit het perspectief van het vermoorde meisje.

Susie kijkt na haar dood vanuit de hemel neer en volgt haar familie in de jaren na haar dood. Zo krijg je een verrassende kijk op de verwerking van de gevolgen van een vermist kind (de familie weet namelijk niet zeker dat Susie vermoord is). Af en toe vangt een van haar nabestaanden een glimp op van haar aanwezigheid, wat het verhaalperspectief ten goede komt.

Het enige minpunt aan deze verder zeer ontroerende roman vond ik dat Susie door de jaren heen steeds beter leert om haar 'aanwezigheid' kenbaar te maken aan de levenden. Tot het absurde toe zelfs.

maandag 2 juni 2008

Rascha Peper - Vingers van marsepein



Weer een schitterende roman, deze nieuwste van Rascha Peper!

Het verhaal
De tienjarige Bregtje komt nadat haar ouders en zusje tijdens een epidemie zijn overleden bij haar familie, oom en tante Ruysch aan de Bloemgracht in Amsterdam, in te wonen. Daar wordt ze bijna behandeld als ware ze een echte dochter van dit echtpaar op leeftijd. Bregtje raakt in de ban van het werk dat oom Frederik doet: hij is anatomisch preparateur, wijd en zijd geroemd om zijn speciale technieken die de dode lichaamsdelen weer een levend aanzien geven. Bregtje is hevig geïnteresseerd in de werkzaamheden van haar oom. Het liefst zit ze erbij als hij bezig is. Maar dat kan natuurlijk niet voor een meisje!

Hoewel ze de goede zorgen van de familie Ruysch in dankbaarheid aanvaardt, mist ze haar eigen familie enorm. Als haar door 'de Jonker' wordt verteld dat haar broer Rens nog leeft en dat hij zus en broer zal verenigen als zij hem een paar van de door oom Frederik gebruikte preparatietechnieken beschrijft, aarzelt ze dan ook geen moment en levert regelmatig kleine boodschapjes bij hem af. Allengs wordt ze echter door schuldgevoel overmand. En leeft haar broer echt wel of wordt haar een verhaaltje op de mouw gespeld?

De eveneens tienjarige Benjamin deelt de fascinatie voor de anatomische preparaten van Frederik Ruysch. Alleen zit er zo'n driehonderd jaar tussen Bregtje en Benjamin. Benjamin komt met de preparaten in aanraking bij een bezoek aan de Kunstkamera in Sint-Petersburg. Daar is hij op vakantie, met zijn vader en diens vriendin.

Ook in Benjamins leven speelt de dood een belangrijke rol. Het overlijden van zijn zusje heeft geleid tot de breuk tussen zijn ouders. Dat die breuk nog erg scherp is, en bovendien het initatief was van de vader van Benjamin, is af te lezen aan vele signalen: de bitterheid van zijn moeder, de sorry-houding van zijn vader.

Er bindt Bregtje en Benjamin nog meer: ook Benjamin woont aan de Bloemgracht, tegenover het huis waar Bregtje ooit moet hebben geleefd. En allebei staan ze aan het begin van de pubertijd waarbij ontluikende seksualiteit een rol van betekenis speelt. Bij beiden is het ook vooral de seksualiteit van anderen die hen opgedrongen wordt en waar ze zich over verwonderen.

Het enige dat voor mij een beetje teveel sjeu aan het verhaal moest geven was de episode waarin Ben in de dierentuin van Sint-Petersburg een zogenaamd heldhaftige maar vooral oerdomme move doet. Die zijlijn moest hem weer verbinden met het boek dat hij tijdens de vakantie las (De brief voor de koning van Tonke Dragt), hij wordt een soor Tiuri. Zonder die verhaallijn was ik tevredener geweest.

zaterdag 17 mei 2008

Kader Abdolah - De boodschapper



In De boodschapper heeft Abdolah het levensverhaal van Mohammad opgetekend, gezien door de ogen van Zeeed, zijn stiefzoon. Fascinerend vond ik het om te lezen hoe Mohammad van een wat zonderlinge maar relatief ongevaarlijke jonge 'dichter' verandert in een machtwellustige geile oude bok.

Dat is het beeld dat bij mij bleef hangen na het lezen. De soera's die zijn opgenomen in het verhaal illustreren dit overigens prachtig. Natuurlijk is het een geromantiseerd verhaal en geen objectief verslag van het leven van Mohammad, en zou het niet goed zijn mijn beeld alleen hierop te baseren. Daarom zal ik de komende maanden ook stukjes uit de Koran (vertaald door Abdolah) tot me zal nemen. Ik ben benieuwd of ik op basis daarvan mijn beeld bij zal stellen.

Wat ik prettig vond was dat ik nou eindelijk begrijp waar en waarom het Christendom en de Islam zoveel op elkaar lijken maar toch zo fundamenteel anders zijn (geworden).

Ik kan me trouwens nu wel voorstellen dat veel van de boekgrrls vielen over het wat kinderlijke taalgebruik van Abdolah in Het huis van de moskee. Daar vond ik het prima passen bij het sprookjesachtige karakter van het verhaal, maar het verhaal van de boodschapper had van mij wel in minder simpele woorden verteld kunnen worden.

maandag 5 mei 2008

Terry Pratchett - Monstrous regiment



Net in mijn blog gezien dat het alweer ruim 3,5 jaar geleden was dat ik voor het laatst een Pratchett las. Maar dat zegt niets. Ik heb namelijk weer genoten. En veel gelachen.

Dit maal is een klein berglandje de plaats van ontmoeting, Borogravia geheten, dat in oorlog is met het buurland Zlobenia. Borogravia is een macholand, waar vrouwen niets mogen.

Polly wil haar broer zoeken die verdwenen is in de oorlog. Daarom verkleedt ze zich als jongen en meldt zich aan bij het leger. Ze blijkt niet het enige meisje te zijn dat op deze manier zoekt naar een verloren gewaande geliefde. Ze mogen natuurlijk niet ontdekt worden!

De oorlog komt Ankh-Morpork slecht uit want het verstoort de communicatielijnen. Daarom wordt Sam Vimes als speciale gezant gestuurd om voor een oplossing te zorgen.

Wederom hilarisch!

zondag 27 april 2008

Doeschka Meijsing - Over de liefde



Het was echt zwoegen om door deze midlifecrisis-roman heen te komen. Ik weet dan ook niet of ik het iemand blindelings zou aanraden. Je moet wel tegen een deprimerend en gedeprimeerd verhaal kunnen om Meijsings nieuwste boek te kunnen waarderen.

Het verhaal
Philippa (Pip) van der Steur wentelt zich in zelfmedelijden na het mislukken van haar relatie met Jula. Vooral ook de vraag waarom Jula, met wie zij twaalf jaar samenleefde, zich in hemelsnaam tot een man aangetrokken kan voelen, houdt haar bezig. Ook eerdere liefdes zijn niet goed afgelopen. Ligt het aan haar? Is zij überhaupt wel in staat een langdurige liefdesrelatie aan te gaan? Pip zinkt steeds dieper weg in een depressie. Tot de dag dat ze een ongeluk krijgt waarbij een deel van haar geheugen verdwijnt. De zoektocht naar het verlorene levert een aardig eind op.

Zoals gezegd, voor mij was het zwoegen geblazen. Ik kan gewoonweg nooit zoveel met van die midlifecrises. Toch iets te jong voor misschien? Wel bezit Meijsing een goede pen. Ik heb dan ook veel ezelsoortjes gemaakt:

'Waren we allemaal tuinmannen die ons paard de sporen gaven naar Ispahaan?' [link]
--------------------------------
Prachtige beschrijvingen van haar drie broers. Zo schrijft ze over de oudste:
'De oudste zag er het ongezondst uit, mager en ascetisch, alsof hij elk moment van de honger kon omkomen, maar hij had verreweg de beste conditie, getuige zijn berichten over talrijke voettochten in de Vogezen, in het gezelschap van vrienden en zijn twee oudste zoons. Hij was een uit de kerk getreden jezuïet en gaf theologie aan de universiteit van Straatsburg. Hij was de gelukkigste van de drie, had een vrouw uit Luxemburg getrouwd die haar haar in vlechten om haar hoofd droeg, (...), en die haar vijf kinderen bij hem weghield als hij bezig was theologisch te worstelen met zijn God die hem had verlaten of hij zijn God, daar oordeelde ik niet over, en dag en nacht op het punt stond weer bij hem in te trekken. Hij was eigenlijk een stalker van het Opperwezen, een man die elk moment in zijn kraag gegrepen kon worden door de rechterlijke macht en een straatverbod naar de hemel opgelegd kon krijgen. Hijzelf ervoer dit alles als een gezegd bestaan.'
--------------------------------
'Ik beschouwde die liefdesbetuigingen post datum als van hetzelfde verschrikkelijke, vernederende gehalte als we-kunnen-toch-vrienden-blijven als een jongen of meisje het per mobiel uitmaakte.
--------------------------------
'Ik was met Jula verschillende keren naar het Zuiden geweest, maar altijd per vliegtuig, wat geen reizen is, maar verplaatsen.'
--------------------------------
'April kon uitbundig zijn, met bloesem en de geur van beloftes, maar dit jaar had hij besloten onherbergzaam te zijn, harde grond, stroeve ontbotting, de toevlucht voor de ongelukkigen.'
--------------------------------

vrijdag 25 april 2008

Gail Bowen - Moord in het museum



De lamlendigheid van de griep duurt en duurt en dus stijgt het aantal boeken in april tot grote hoogten. Ik begon aan Bowen omdat Meijsing me deprimeert en dat kan ik nu even niet gebruiken. 'Moord in het museum' heb ik zo snel gelezen dat het plaatje van de voorkant niet eens in mijn linkerkolom terecht gekomen is.

Het verhaal
De docente Joanne Kilbourn is onlangs met haar kinderen verhuisd naar een andere stad om daar haar verwoeste leven weer een beetje op orde te krijgen. Ze heeft nog niet zolang daarvoor haar man verloren en daarna een aanslag op haar leven ternauwernood overleefd. in deze nieuwe omgeving lijkt haar leven zich eindelijk weer in rustiger vaarwater te gaan begeven.

Dan komt het meisje waarmee ze is opgegroeid, Sally Love, weer in haar leven. Zij is kunstenares geworden en zal in deze stad de opening van een overzichtstentoonstelling van haar werk bijwonen in het museum waarvan haar ex-man en de vader van haar kind de directeur is. De kunstwerken zijn nogal seksueel getint en roepen daarom heftige reacties op van het conservatieve deel van de bevolking. Dan wordt een vriendin en ex-partner van Sally Love vermoord gevonden in het museum. Heeft Sally dit op haar geweten?

Best een lekker boek voor zo ziek op de bank. Maar vele moordromans zijn oneindig veel beter dan deze. Niet in de laatste plaats omdat de taal die hier en daar gebezigd wordt me stevig tegenstond. Zo gebruikt Bowen net te vaak allerlei spreektaal, die de dialogen een soort gemaakte vlotheid geeft. En ook onderbreekt ze best mooie beschrijvingen door rare opmerkingen. Een voorbeeld:
'Uit het niets scheerde er een havik dwars over de weg en pikte een diertje uit de ernaast gelegen greppel op. Het was een adembenemend mooie vloeende beweging. "Hebbes", zei ik.'

Als die laatste zin er nou niet aan toe was gevoegd had ik dit vast en zeker niet geëzelsoord. Maar die laatste zin verpest het hele beeld. En dat gebeurt nét iets te vaak.

De zon schijnt inmiddels weer, terug naar Meijsing.

woensdag 23 april 2008

Judith Koelemeijer - Het zwijgen van Maria Zachea



Wat ben ik toch een bofkont dat ik zoveel mooie boeken mag lezen. Nu ook weer. Judith Koelemeijer heeft de geschiedenis van haar vaders familie opgetekend aan de hand van vele gesprekken met haar ooms en tantes. En dat zijn er nogal wat want haar vader komt uit een gezin met maar liefst dertien kinderen.

De sfeer deed me wel een beetje denken aan Nicolaas Matsier. Ook hier is sprake van een streng religieuze jeugd in Noord-Holland (Koelemeijer in katholiek Wormer, Matsier in gereformeerd Krommenie) en valt het gezin een beetje buiten de gemeenschap.

Alleen is hier niet het overlijden van de moeder de aanleiding van het optekenen van de familiegeschiedenis, maar de laatste jaren van de grootmoeder (Maria Zachea), die in toerbeurten door haar kinderen verzorgd wordt nadat zij door een hersenbloeding niet meer spreekt of voor zichzelf kan zorgen.

De familie is na de oorlog bitter arm. De vader heeft een hoveniersbedrijf waarmee hij zijn gezin maar net kan onderhouden. En nagtuurlijk wordt in het streng katholieke gezin bijna elk jaar weer een nieuw kind geboren. De ouders zijn vastbesloten om een aantal van de kinderen (lees: jongens!) betere kansen te geven en zo worden zij naar het gymnasium in Amsterdam gestuurd. Zij worden 'de studenten' en later 'de professoren' genoemd. Anderen, met mindere hersens of gewoon geen zin in school, gaan helpen in het hoveniersbedrijf, dat langzamerhand uitgroeit tot een van de belangrijkste in Noord-Holland. Zij heten dan weer 'de werkers'. En tot slot zijn er de meiden, die natuurlijk niet hoeven te leren, dat is maar zonde van het geld, want ze worden toch huisvrouw. Tot de jongste, die begin jaren '50 geboren wordt en simpelweg haar eigen gang gaat, en dus ook naar school want dat is in de jaren '60 niet meer zo uitzonderlijk. En bovendien zijn de ouders tegen die tijd murw geworden van het opvoeden van zoveel kinderen.

De enorme sociale omwentelingen van de jaren zestig en zeventig laten diepe sporen achter in de familie, waar katholiek traditioneel recht tegenover radicaal marxistisch komt te staan.

Mooi is dat alle kinderen hun eigen beeld van hun jeugd en hun moeder hebben en dat dat beeld niet altijd gelijk is. Ook de verschillende verklaringen die de kinderen geven voor het feit dat moe niet meer spreekt zegt veel over de kinderen zelf.

dinsdag 22 april 2008

Haruki Murakami - Kafka op het strand



Mijn eerste Murakami, nadat vele boekgrrls enthousiast over deze Japanse schrijver waren. Dat vind ik zeker terecht, want hoewel Kafka op het strand een dikke pil is (650 p) heb ik 'm in hoog tempo uitgelezen.

Het verhaal
Kafka Tamura besluit om op zijn 15e verjaardag van huis weg te lopen. Hij wil zo voorkomen dat hij door zijn vader onherstelbaar beschadigd wordt. Zijn moeder is er al eerder vandoor gegaan, met zijn zusje. Van Tokio gaat Kafka naar Takamatsu, op het zuidelijke eiland van Japan. Daar komt hij bij toeval terecht in een particuliere bibliotheek, waar hij onderdak en werk krijgt. Ondertussen wordt zijn vader op raadselachtige wijze vermoord en daarom zoekt de politie de verdwenen zoon, die zou wellicht licht kunnen werpen op dit raadsel.

Door dit verhaal van Kafka heen loopt dat van Nakata, een oudere man die, toen hij in WOII een jochie was, tijdens een schoolreisje iets bizars heeft meegemaakt waar hij nooit van hersteld is. Hij is daardoor 'simpel' gebleven, maar kan tegelijkertijd iets wat andere mensen niet kunnen: met katten praten. Daarom verdient hij ook als kattenzoeker een centje bij. Voortgedreven door een raadselachtig 'iets' gaat ook hij uit Tokio weg.

Als beide verhalen elkaar raken volgt een zinderende maar bizarre ontknoping.

Wat een boek! Heden en verleden, droom en werkelijkheid lopen aan een stuk door elkaar, maar zo knap geconstrueerd dat het de bewondering wekt, niet de afkeer. De taal die Murakami gebruikt is wonderschoon, al heb ik Kafka op het strand natuurlijk niet in het Japans gelezen.

Alleen de noten van de vertaler (Jacques Westerhoven) hinderden me hier en daar. Als ze informatie over de Japanse schrijvers, dichters of gewoontes gaven vond ik het prettig, maar vaak wilde de vertaler laten zien dat hij grondig onderzoek had gedaan en legde hij zijn beeld over dat van Murakami. Boeie! Ik lees een roman om het verhaal, niet om de juistheid.

donderdag 17 april 2008

Erich Kästner - Het varken bij de kapper



Als kind las ik telkens opnieuw Dubbele Lotje van Erich Kästner, het verhaal over de tweeling die bij de geboorte, net als de ouder, van elkaar gescheiden is: de ene bij de vader, de andere bij de moeder. Als ze een jaar of 10 zijn ontmoeten ze elkaar in een zomerkamp en besluiten an plek te wisselen. Een heerlijk boek.

Daarom keek ik ook blij op toen ik bij een van de boekgrrlsboekenruilmiddagen het boekje Het varken bij de kapper van Kästner zag liggen. Dit boekje uit 1962 (vertaald in het Nederlands in 1987) bevat een vijftiental verhalen en gedichtjes 'voor kinderen vanaf 8 jaar'. Dat zal voor een aantal verhalen zeker zo zijn, zoals het titelverhaal over een jongetje dat niet graag naar de kapper gaat. Maar de verhalen over doodzieke moeders, overleden moeders en de twee gymnasiasten die naar de Olympiade gaan zijn absoluut niet geschikt voor die leeftijdscategorie.

In de verhalen en gedichten voor de jongere kinderen doet Kästner aan Annie Schmidt denken, en dan is-ie op zijn best. De andere verhalen vond ik maar zozo.

Ricus van de Coevering - Sneeuweieren



Sneeuweieren is het toetje waar David, de geadopteerde zoon van Olga en Harm dol op is. Er gaan veel eieren in, wat goed uitkomt want Harm heeft een pluimveehouderij. Als David op een dag niet thuiskomt, gaat Harm hem zoeken in het moerasgebied vlakbij de boerderij. Met noodlottige afloop.

Het boek is opgedeeld in twee delen. Deel 1 beschrijft de aanloop naar die noodlottige afloop en deel 2 beschrijft de totale ineenstorting van het leven van Olga nadien. Deel 1 vond ik matig, de taal vond ik niet mooi, de zinnen te kort, horkerig zelfs en de stukken over het boerderijleven te uitleggerig.

In deel 2 had ik daar geen last van, integendeel. De onttakeling van alles om Olga heen en het niet bij machte zijn om die van zich af te schudden of er te proberen in in te grijpen is heel beeldend beschreven. Die korte horkerige zinnen pasten in dat deel juist prachtig bij het verhaal.

Het contrast tussen beide delen vond ik zo groot dat ik me afvroeg of van de Coevering er niet beter aan had gedaan van zijn debuutroman alleen het tweede deel te publiceren.

zondag 13 april 2008

Christina Schwarz - Drowning Ruth



Ruth remembered drowning.
'That's impossible,' Aunt Amanda said. 'It must have been a dream.'
But Ruth maintained that she had drowned, insisted on it for years, even after she should have known better.


Zo begint Drowning Ruth, de debuutroman van de Amerikaanse Christina Schwarz. Het boek beslaat de periode tussen beide wereldoorlogen en speelt zich af in een dorpje vlakbij Milwaukee, aan de Great Lakes.

De zussen Amanda en Mathilda wonen daar in het huis dat hen door hun ouders is nagelaten. Amanda is na de dood van hun ouders naar Chicago gegaan om daar verpleegster te worden, maar keert na een paar jaar terug. De Eerste Wereldoorlog woedt en het verzorgen van de vele gewonden maakt haar ziek. Dus keert ze terug naar het huis waar haar zus met haar dochtertje Ruth woont. De man van Mathilda, Carl, vecht aan het front.

Dit alles weet je aan het begin van het boek. Daarnaast weet je dat Mathilda kort daarop verdrinkt in het meer en dat Ruth sindsdien verzorgd wordt door Amanda. Maar de omstandigheden waaronder Mathilda is omgekomen zijn mysterieus. Vertelt de stugge Amanda wel de waarheid? Naarmate Ruth ouder wordt blijft zij zich in toenemende mate afvragen welke van de herinneringen aan haar vroege jeugd echt zijn en welke niet.

Een mooi verhaal waarin je steeds een stukje van de puzzel op z'n plek kunt leggen. Verrassend.

zaterdag 5 april 2008

Nicolaas Matsier - Gesloten huis



In de auto gelezen, van en naar kantoor. Of beter gezegd, Nicolaas Matsier heeft het me voorgelezen. Hij heeft een bijzondere stem, met een hoogst eigenaardige manier van zinnen afbreken en weer aanhaken. Maar daar wen je snel aan.

Het is een prachtige en ontroerende reis naar zijn jeugd, met als aanleiding het overlijden van zijn moeder. Samen met zijn broer en zus haalt hij het huis waar zij de laatste jaren van haar leven, na het overlijden van zijn vader, alleen woonde leeg. Daarbij roepen vele objecten zo mogelijk nog meer herinneringen op, die de ik-persoon nauwgezet weergeeft. Waarbij hij zelf aantekent dat het misschien ook verzonnen herinneringen zijn, maar ze voor hem in ieder geval echt lijken.

De ik-persoon wordt net na WOII geboren in een streng gereformeerd gezin in Krommenie als vierde kind van een onderwijzer en zijn vrouw. De familie krijgt, 'omdat het de Heere behaagt' een hoop te verstouwen: zoon Jan, die net iets ouder is dan de ik-peroon sterft op 7-jarige leeftijd, en een jaar later ook zijn zusje Rita, een dreumes nog. Zijn ouders zijn er kapot van (hoewel ze dat natuurlijk niet mogen laten merken) en het gezin verhuist naar Den Haag. Daar groeit de ik-persoon verder op. Hoewel hij met liefde en ontroering over zijn ouders spreekt, kan hij niet anders dan de kleinburgerlijke manier waarop de opvoeding plaatsvond, en de effecten die dat op hem heeft gehad, veroordelen.

Zo mooi!

woensdag 2 april 2008

J. Bernlef - De pianoman



In Engeland dook ergens in het voorjaar van 2005 een man op waarvan de identiteit onbekend was, die niet sprak, maar wel virtuoos piano speelde.

Bernlef baseert zijn boekenweekgeschenkverhaal op dit gegeven. In zijn boekje is de pianoman een Nederlandse jongen, die min of meer per ongeluk in Engeland terecht komt. Leuke hypothese om je een uurtje mee te vermaken.

Eén ezelsoortje:
"Nu had ze Adze."
(spreek dat maar eens uit)

Henning Mankell - Moordenaar zonder gezicht



Mijn eerste Mankell was een erg dunnetje, In het graf, over Wallander die een huis wilde kopen maar bij de bezichtiging ervan in de tuin over een skelet struikelde (hoe toevallig, dat soort dingen overkomt altijd alleen maar de hoofdpersonen in politieromans!). Het las lekker en dus greep ik nu een Mankell die al tijden op mijn MTBR lag.

Het is 1990. Op een afgelegen boerderij wordt een dubbele moord gepleegd. Het lijkt een roofmoord, maar ja, de twee oude mensen hadden het niet ruim. Wallander snapt er niet veel van. Totdat de zwager van de vermoorde man onthult dat die een dubbelleven leidde. Maar hoe spoort dat met de laatste woorden van de stervende vrouw: "Buitenlander"? Als dat bekend wordt, zorgt dit voor een uitbarsting van rassenhaat. De moorden moeten dus snel opgelost worden, voor de boel helemaal uit de hand loopt.

Het enige dat me vreselijk irriteerde in deze verder lekkere politieroman is dat iedereen bij de naam en vaak zelfs met met voor- én achternaam genoemd wordt, behalve de asielzoekers die erin voorkomen. Dat zijn de Somaliër, de Roemeense etc. En het ging me nog meer irriteren na de volgende passage (p. 266):
"Kurt Wallander ergerde zich erover (dit moet natuurlijk eraan zijn, maar ja, dat terzijde) dat Björk over de dode Somaliër sprak als over die dode neger. Onder het zeildoek in de modder had een dood mens gelegen en niets anders. Maar uiteraard piekerde hij er niet over een discussie aan te gaan."

I rest my case.

vrijdag 28 maart 2008

Maria Stahlie - Honderd deuren



Weer een prachtige roman van Stahlie. Eerder las ik De lijfarts, waarin een vrouw steeds vaster verstrikt raakt in het web van leugens dat zijzelf gesponnen heeft. En dat is ook in Honderd deuren het geval. Maar nu is het web wel wat minder onschuldig van aard...

De achttienjarige ene helft van een tweeling, Mirjam, brengt een aantal maanden met haar moeder en haar stiefvader door op een klein Grieks eilandje. Haar tweelingzus Nadine is er niet bij, die is een studie in Chicago begonnen.

Alle drie beleven ze het verblijf op het eiland geheel anders. Waar Mirjam na een periode van vervreemding bevriend raakt met de zestienjarige Lucien, zoon van een hoteleigenaar, en zich zo langzamerhand thuis begint te voelen, krijgt haar moeder het steeds benauwder van de piepkleine gemeenschap buitenlanders waarin ze verkeren, en stort haar stiefvader zich juist vol overgave in het leven van de eilanders. Dat is voor hem ook makkelijker, hij vervangt namelijk de eilanddokter tijdens hun verblijf.

Het dokteren geeft hij er overigens snel aan, liever helpt hij een oude boer, Dimitri. Maar een aantal dagen voor Pasen wordt de oude Dimitri beestachtig vermoord aangetroffen in de keuken van zijn afgelegen boerderijtje. Wie kan nou zoiets op zijn geweten hebben? En wat hebben Mirjam en Lucien toch te verbergen? Waarom kijken zij zo uit naar de komst van de hoogbegaafde Nadine? Welk probleem kan zij met haar superieure intelligentie voor hen oplossen?

Als Nadine er eenmaal is, dan loopt alles toch weer anders. Het lukt de tweeling niet meer de vanzelfsprekende vertrouwelijkheid die ze altijd gehad hebben terug te krijgen. En als Nadine na haar vakantie weer naar de VS vertrekt, zijn ze alleen maar verder van elkaar af komen te staan.

Een absolute aanrader!

donderdag 27 maart 2008

Hans Münstermann - De bekoring



Het verhaal
Andreas Klein komt met zijn zoontje thuis. Zijn vrouw uit de vier woorden die zijn leven op z'n kop zetten: "Je moeder is overleden". In de dagen die volgen, komen Andreas en zijn broers en zussen bij elkaar om alles te regelen. Dan komen ook de herinneringen naar boven. Die concentreren zich vooral rondom de periode, zomer 1960, waarin hun moeder zomaar ineens verdween. Andreas, schrijver van beroep, vertelt zijn broers en zussen wat er in die tijd gebeurd is of zou kunnen zijn. Dit verweeft hij prachtig met een verhaal over een oude architect waaraan hij bezig was toen hij van de dood van zijn moeder hoorde. Deze architect wordt in het verhaal van de moeder de verteller, die maar niet kan begrijpen waarom ze de door hem zo prachtig ontworpen wijk zou verlaten. Iedereen zou daar toch gewoon gelukkig moeten zijn?

De tijd van toen is voor Andreas onlosmakelijk verbonden met de situatie in Congo, die in die tijd het nieuws overheerste. Tegelijkertijd wordt de samenkomst van de nabestaanden van 'nu' sterk beïnvloed door het gijzelingsdrama in Beslan. Goed gekozen verbindingen, heel symbolisch.

Het mooie is dat Andreas eigenlijk in de zomer dat zijn moeder ervan door ging, nota bene op _zijn_ verjaardag, afscheid van haar heeft genomen: voor hem is ze toen eigenlijk al dood gegaan. Het is nooit meer echt goed tussen hen gekomen. Eigenlijk kan hij zich pas in het laatste hoofdstuk een soort van inleven in haar situatie.

Ik ben van dit boek zeer onder de indruk. Vroeg me tijdens het lezen trouwens de hele tijd af in hoeverre het autobiografisch is. Ik las op de blurb dat Hans Münstermann meer boeken over de familie Klein heeft geschreven. Wellicht dat ik daar een antwoord zou kunnen vinden.

Winnaar AKO-literatuurprijs 2006.

dinsdag 25 maart 2008

John Burnham Schwartz - Claire Marvel



Ik beleefde mooie uurtjes met 'Claire Marvel', een roman van de Amerikaanse schrijver John Burnham Schwartz uit 2002.

Het verhaal
Twee jonge mensen, de politicoloog Julian Rose en de kunsthistorica Claire Marvel ontmoeten elkaar bij toeval: in de stromende regen biedt zij hem een plekje onder haar paraplu aan. Al snel worden de twee vrienden. Ze hebben beiden een bijzondere relatie met hun vader. De vader van Julian is door zijn vrouw verlaten en hangt sindsdien een beetje rond, terwijl hij wanhopig probeert te begrijpen wat er toch gebeurd is. De vader van Claire is stervende als hij haar vraagt om naar de plek te gaan in Zuid-Frankrijk waar hij zoveel goede herinneringen aan heeft. Julian gaat met
haar mee, wat een nieuwe fase in hun vriendschap inluidt. De verlegen Julian merkt dat hij zeer verliefd is op Claire, maar zij prefereert zijn erudiete docent. Daarom 'vlucht' Julian naar New York, waar hij opgroeide, om les te gaan geven aan de middelbare school waar hij zelf opgezeten heeft. Pas als hij Claire jaren later weer tegenkomt, beseft hij dat hij eigenlijk altijd op haar gewacht heeft. Dan verdwijnt ze weer uit zijn leven. Het boek krijgt een indrukwekkende ontknoping in Zuid-Frankrijk.

Eigenlijk een simpel liefdesverhaal, maar het is geen suf boeketboekje, nee, in tegendeel, het is juist mooi. Eén minpuntje: het gaat hier en daar wel behoorlijk ver in het opnemen van allerlei politicologische beschouwingen waarvoor je behoorlijk ingevoerd moet zijn in de Amerikaanse politieke geschiedenis en de verhoudingen binnen de Amerikaanse politiek. Maar voor de lezers die momenteel de verkiezingsstrijd volgen is dit vast geen probleem.

-------------------------------------------------
Rain the size of Tic Tacs was pelting me; water was leakingout of my hair and down the back of my neck. I rubbed a sopping shirtsleeve across my face.
-------------------------------------------------
She'd sat beside his rented hospital bed in the living room of the Stamford house, se later told me, jotting down his memories. And what surprised her was how fresh it all still was to him, particular and distinct. As though is wasn't the past that had gotten abstracted and fragmented by life, but rather the present.
-------------------------------------------------
From a one-lane paved road we followed a dirt path in the direction of the ruin. The land here was desiccated and unforgiving, savage with stone.
-------------------------------------------------

maandag 24 maart 2008

Onder de sluier (verzamelpocket)



Ooit gekregen van een boekgrrl: Onder de sluier, een Byblos pocket. Deze pocket uit 2005 bevat een flink aantal verhalen, essays, een interview en zelfs een stukje chat over vrouwen en de Islam, met als centraal thema het al dan niet vrijwillig dragen van lichaams-, hoofd- of gezichtsbedekkende kledij. Geen van de verhalen etc is in zijn geheel weergegeven, veelal is maar een heel klein stukje overgenomen. Ondanks de prima bronvermelding achterin is het mij iets te gefragmenteerd.

Wat het me liet zien is dat de mening over de sluier zeer persoonlijk is. En dat het vooral gaat om het gevoel dat sommige vrouwen hebben als zij gesluierd rondlopen: het gevoel er niet te zijn, over het hoofd gezien, genegeerd te worden. Opvallend is dat de sluier en de islam over één kam geschoren worden. Daarmee maakt ook dit boekje zich schuldig aan een hetgeen Ayaan Hirsi Ali zegt: "Ik krijg het verwijt dat ik geen onderscheid maak tussen religie en cultuur."

Ik heb na het lezen van dit boekje niet het idee dat ik veel wijzer geworden ben...

woensdag 27 februari 2008

Ingmar Heytze - Elders in de wereld



Afgelopen vrijdag was ik met een andere boekgrrl bij de presentatie van de nieuwe dichtbundel van Ingmar Heytze. In Vredenburg maar liefst! Er was dan ook een heel programma rondom de presentatie gebouwd. Het was namelijk al jaren geleden datHeytze zijn laatste bundel schreef (en hij kondigde toen aan geen nieuwe dichtbundels meer te zullen schrijven).

Zo begeleidden Marc van Vugt (elektrische gitaar), Saartje van Camp (cello), Ralph Rousseau Meulenbroeks (viola da gamba), Kees Wennekendonk (piano) en Leine akoestische gitaar) zichzelf of Ingmar bij de voordracht van een flink aantal van de gedichten uit deze bundel. Daarnaast lazen de dichters Menno Wigman, Alexis de Roode en Willem Thies uit eigen werk voor. Het was een feestje voor oog en oor.

Na afloop volgde een signeersessie, maar de andere boekgrrl moest helaas de trein halen en de rij was erg lang. Dus nam ik de honneurs van de boekgrrls waar. Ingmar wist direct de link met de bespreking van zijn in memoriam voor Wolkers te leggen.

Hieronder een voorproefje uit de bundel, namelijk het eerste gedicht dat Ingmar naar de uitgever stuurde en waarmee hij aankondigde dat hij het weer zou gaan dichten.

NIET INPAKKEN

Tegen het meisje van de boekhandel
zeg ik ongevraagd dat ik het weer eens
ga proberen, met de poëzie bedoel ik,
als een hommel die de vorst in stommelt
door een open raam, op hoop van zegen.

Dat laatste, van die hommel, had ik
liever niet gezegd. Zij moet nog baren op
een dag, het heeft geen zin haar overstuur
te maken. De winkel zwijgt. Het meisje
k ijkt argwanend en ze krijgt gelijk,

want ik moet blozen. Met biljarten kan
ik ook wel stoten, maar niet overhouden.
'Dat zit zo, ik werk nu aan een buik om
achteraan te lopen,' stamel ik. Het meisje
zegt: 'Daar heb ik geen papier voor.'

Ingmar Heytze
Elders in de wereld
p. 34

donderdag 31 januari 2008

Anne Enright - The gathering



Dit is zo'n prachtig boek. Alles wat je erover opschrijft doet het eigenlijk tekort merk ik. Daarom ligt het alweer een paar weken op mijn bureau, naast de computer, en kom ik er maar niet aan toe om er een blogje aan te wijden. Maar goed, nu dan toch een poging iets gestructureerds over het boek te schrijven.

De ik-persoon, de Ierse Veronica Hegarty, moet het lichaam van haar broer Liam ophalen in Engeland. Hij is verdronken, het is duidelijk zelfmoord. De gebeurtenissen in de dagen vanaf het moment dat Veronica hoort dat hij dood is, tot in de weken (maanden?) na de begrafenis, zijn de weken die in het boek dwars door elkaar lopen.

Natuurlijk gaan de gedachten van Veronica in deze weken uit naar de jeugd die ze met haar broer deelde. Het enorme gezin, met een moeder die het leven niet aan kon, een vader die niet zo in beeld is. Een aantal kinderen die bij opa & oma gaan logeren als moeder weer eens door het ijs is gezakt. En de onduidelijkheid over wat daar bij opa & oma gebeurt, waarover Veronica fantaseert terwijl ze zich bewust is van het feit dat de fantasieen niet per definities de werkelijkheid representeren, maar tegelijkertijd met de zekerheid dat die werkelijkheid niet fris was. En hoe door
het ineen passen van de puzzelstukjes de ik-persoon ook de grip op het leven dreigt te verliezen.

Ach, dit doet het boek eigenlijk helemaal geen recht! Ik heb de neiging om maar gewoon de blurb over te typen, maar doe dat niet. Wel een paar fragmenten:

"Stories bouncing off the walls. Scraps of lives, leaking through. Whisperings in the turn of a door handle. Birds on the roof. The occasional bleeping of a child's toy. And once, my brother's voice saying: 'Now. Now.'"

"They are surprisingly tall - eighy-year-olds. They are surprisingly like real people."

"I am all for sadness, I say, don't get me wrong. I am all for the ordinary life of the brain. but we fill up sometimes, like those little wooden birds that sit on a pole - we fill up with it, until _donk_, we tilt into the drink."

"Liam never went into a shop. So, in honor of Liam, I put the storage jars back and I drive home, pointing out all the changes to him, now that he is dead. 'Look at that row of street lamps!' I say. He is not convinced. I used to do this when he was still alive, actually: all the little changes and irritations, residential parking, gridlock, the seven million orange cones between here and Kinnegad, all of these
things I pointed out to him, because he wasliving five hundred miles away. And though he came back in a sporadic way and took his holidays in the West, all of these changes went on without him. And though not one of them meant anything much, I was sad at the way he had been left behind" (hier moet ik aan dat liedje van Sonneveld denken: Kees).

Winnaar van de Man Booker Prize 2007.