zondag 31 januari 2010
Andrew Davidson - The Gargoyle
Dat ik gelijk aan het begin van het jaar zo'n prachtige complexe roman gelezen heb, belooft veel voor de rest van het jaar. Of loop ik nou te hard van stapel?
Het verhaal
The Gargoyle vertelt het verhaal van een jonge drugsverslaafde porno-acteur/producent die na een auto-ongeluk met vreselijke brandwonden in het ziekenhuis terechtkomt. Daar stoot zijn nieuwe uiterlijk zijn oude 'vrienden'-club al snel af. Wel komt Marianne, een patiënte van de psychiatrie-afdeling hem opzoeken. Ze vertelt hem dat ze elkaar al sinds de Middeleeuwen kennen, toen zij als non in een Duits klooster leefde en hem daar als gewonde huurling verzorgde. In stukjes en beetjes vertelt ze hem over hun vroegere leven en liefde. En die van anderen trouwens. De ik-persoon beschouwt dit alles uiteraard als de fantasieën van een psychiatrisch patiënte, niettemin helpen haar verhalen hem om het gebeurde te verwerken.
In de maanden die volgen werkt de ik-persoon aan zijn herstel, daarbij gestimuleerd door de nieuwsgierigheid die Marianne bij hem opwekt. Als hij het ziekenhuis mag verlaten, trekt hij bij haar in. Ze blijkt een behoorlijk succesvol beeldhouwster te zijn. Haar specialiteit: 'grotesques' oftewel vreemde beelden van monsterlijke wezens. Ze gelooft dat ze van God instructie gekregen heeft deze wezens te bevrijden uit de blokken steen waarin ze opgesloten zijn. En dat ze hen daarbij een hart meegeeft.
Terwijl de tijd verder verstrijkt en de ik-figuur steeds verder revalideert, door Marianne geholpen om van zijn verslaving af te komen (prachtig hoofdstuk trouwens!!), raakt zij in een soort beeldhouwtrance: ze eet of slaapt niet meer maar is alleen nog maar bezig met beeldhouwen. Als de harten die ze mee kan geven aan haar beelden binnenkort op zullen zijn kan ze eindelijk sterven, na 700 jaar te hebben geleefd.
Een prachtige liefdesroman, met heel wat lagen, thema's en daarmee veel meer dan alleen die liefdesroman!
Enkele gedachten bij het boek:
- Een belangrijke rol in het boek speelt het deel Inferno van Dantes La divina commedia. Dat moet ik dus nodig lezen.
- Waarom heet het boek The Gargoyle en niet The Grotesque: Marianne maakt grotesques en geen gargoyles? Het verschil tussen beiden zit 'm in een klein maar belangrijk detail: een gargoyle is een waterspuwende grotesque. Mijn idee is dat doordat water en vuur zo'n belangrijke rol in elk van de verhalen spelen. Vuur als loutering, water als redding. Door het The Gargoyle te noemen heeft Davidson er een element van redding ingelegd, en niet alleen van mismaaktheid. De ik-persoon 'redt' zijn redster: hij is haar gargoyle en niet haar grotesque.
En wat doet toch telkens die pijlpunt? Ook die speelt, naast water en vuur een belangrijke rol in elk van de verhalen. Maar wat beeldt die uit?
Hoe zit het met die talen? IJslands, Japans, Duits, Italiaans, Engels: wat hebben die gemeen? Waarom spreekt Marianne juist deze talen?
V
E
R
K
L
A
P
P
E
R
Meesterlijk overigens hoe na haar dood Mariannes erfenis sterke aanwijzingen oplevert dat haar verhalen toch een zekere grond van waarheid hebben, aan de hand van het onderzoek aan de door haar achtergelaten kopieën van Inferno. Dat maakt de roman nog sterker.
Wat ik me afvroeg: de ik-persoon voelt zich vreselijk schuldig dat hij Marianne niet heeft tegengehouden toen zij zichzelf zou gaan doden. Gaat hij nu op zijn beurt eindeloos leven tot Marianne hem in een verre toekomst komt verlossen? Is er hier sprake van een vicieuze cirkel?
zaterdag 9 januari 2010
Richard de Nooy - Zes beetwonden en een tetanusprik
Laat je niet misleiden door de chiclit-achtige titel en dito plaatje op de voorkant! Deze roman van de Zuid-Afrikaanse schrijver Richard de Nooy is alles behalve chiclit.
De banaan slaat namelijk op de ongeluksmagneet Remco de Heer, waarover het boek gaat. Zijn broer, Ysbrand (Ace) beschrijft hoe zijn broer al van jongs af aan allerlei ongelukken en ongelukjes kreeg of zelfs veroorzaakte. Meestal zijn er wat butsen en builen te betreuren, maar een keer loopt het vreselijk uit de hand.
Naast de belevenissen uit de jeugd in Zuid-Afrika van beide broers lees je in het tweede deel van het boek over een periode halverwege de jaren '80. Ace woont in Amsterdam en Rem komt hem daar 'opzoeken'. Natuurlijk krijgt hij ook daar een ongeluk: hij wordt aangereden door een tram en raakt verlamd vanaf zijn middel. Waarom wil hij toch geen hulp aanvaarden?
Een roman die traag op gang komt - waar wil de schrijver nou naartoe met de beschrijving van weer een ongeval - maar aan het eind in een razend tempo naar een huiveringwekkende climax toe gaat.
vrijdag 1 januari 2010
Angie Sage - Elixer (Septimus Heap III)
In dit derde Septimus Heap boek worden door ongelukkig toeval een oude Koningin en haar troeteldier vrijgelaten uit het schilderij waarin ze 500 jaar eerder waren opgesloten. Met haar komst breekt er een akelige Siecte uit onder de bewoners van de burcht. Zij zorgt er bovendien voor dat Septimus door een toverspiegel 500 jaar terug in de tijd reist, waar hij leerling van de alchemist Marcellus Pye wordt. Die heeft de hulp van deze zevende zoon van de zevende zoon nodig om zijn elixer te kunnen brouwen dat hem het eeuwige leven zal geven. Lukt het Septimus om weer terug te keren naar zijn eigen tijd?
Een prima boek, maar minder verrassend dan de eerste twee delen. Daarom: drie sterren.
Tweeduizendnegen was een goed leesjaar
Ik las 44 boeken in 2009, en gezien de hoeveelheid drie-, vier- en vijfsterkwalificaties die ik heb uit kunnen delen was het een bijzonder goed leesjaar. Nog even het eea op een rijtje:
Fictie
Vijf sterren ('meesterwerk') gaf ik aan:
Anne Enquist - Contrapunt
Jonathan Safran Foer - Everything is illuminated
Herman Koch - Het diner
Haruki Murakami - De jacht op het verloren schaap
Haruki Murakami - Dans dans dans
José Saramago - De tocht van de olifant
Vier sterren ('prachtboek') kregen:
Amy Bloom - Away
Hermann Hesse - Narziss en Goldmund
Joris Luyendijk - Het zijn net mensen
Erwin Mortier - Godenslaap
Haruki Murakami - Norwegian Wood
Haruki Murakami - Ten zuiden van de grens
Merel Roze - De weekenden waren voor haar
Scarlett Thomas - The end of Mr Y
Dimitri Verhulst - Godverdomse dagen op een godverdomse bol
Dimitri Verhulst - De helaasheid der dingen
Evelyn Waugh - Brideshead revisited
Richard Yates - Revolutionary Road
Drie sterren ('lekker leesvoer') gaf ik aan:
Paul Auster - Man in the dark
Michel Faber - The apple
Ildefonso Falcones - De kathedraal van de zee
Daniel Hecht - Geestdrift
Joke J. Hermsen - De liefde dus
Daniel Kehlman - Het meten van de wereld
Tim Krabbe - Een tafel vol vlinders
Rik Launspach - 1953
Alexander McCall Smith - The Kalahari typing school for men
Alexander McCall Smith - The full cupboard of life
Alexander McCall Smith - In the company of cheerful ladies
Haruki Murakami - Waarover ik praat als ik over hardlopen praat
Haruki Murakami - Spoetnikliefde
Haruki Murakami - Na de aarbeving
Twee sterren ('voor als je niets beters te lezen hebt') kreeg:
Nicci French - What to do when someone dies
Ik had het genoegen me vier luisterboeken te laten voorlezen, en aan elk van hen gaf ik vier sterren:
Kees van Beijnum - De oesters van Nam Kee
Godfried Bomans - Erik of het klein insectenboek
Jean-Claude van Rijckeghem en Pat van Beirs - Jonkvrouw
Jan Siebelink - Knielen op een bed violen
Ik las één non-fictie boek, dat eveneens vier sterren kreeg:
Marja Vuijsje - Joke Smit
En tot slot ging een klein stapeltje kinder/jeugdboeken onder mijn ogen door:
Angie Sage: Magiek en Vlught (Septimus I en II): allebei vier sterren
Gerhard Hormann - Meneer Melchior en het betoverde bos: twee sterren
Jan Paul Schutte - de wraak van het spruitje: één ster voor de moeite van het schrijven
Ik legde slechts één boek terzijde, wat dus ook geen ster-beoordeling kreeg:
Ursula Hegi - de stenen van de rivier
Abonneren op:
Posts (Atom)